F2447789-3359-49C8-BA40-E2C2EB8B5592

Spuitplekken

Wanneer je dieren een injectie geeft gaat dat vaak gepaard met een beschadiging van spieren of andere weefsels. Als gevolg ontstaat er op de plek van de injectie een ontstekingsreactie. Meestal zie je daar aan de buitenkant van een kalf niets van. Iedere lokale zwelling of pijnlijkheid na injectie kunnen we aanmerken als een spuitplek. De zwelling herstelt zich in de meeste gevallen zonder problemen en zal na verloop van tijd niet meer zichtbaar zijn, maar in sommige gevallen kan er een litteken in het spierweefsel achterblijven. (foto 1). Door schoon en netjes te werken kun je beschadigingen zoveel mogelijk beperken en voorkomen dat er bacteriën meegenomen worden waardoor er een infectie kan ontstaan.

foto 1

In de praktijk zien we regelmatig abcessen ontstaan wanneer er bij injectie bacteriën in het weefsel worden gebracht. Aangezien de abcessen vaak diep tussen de spieren zitten zijn deze lastig te behandelen.

foto 2

Spuitplekken zijn niet alleen pijnlijk, maar ze verminderen ook de kwaliteit van het vlees en dus ook de slachtwaarde van het kalf.

De kans op het ontstaan van spuitplekken is afhankelijk van het volume van de injectie, de viscositeit (de dikte of stroperigheid van de injectievloeistof) en de chemische samenstelling van het gebruikte middel. Daarnaast speelt de temperatuur van de injectievloeistof, eventuele verontreiniging en het aantal injecties een rol. Voor een deel zijn dit zaken waar je als kalverhouder weinig invloed op hebt, maar je kunt wel een aantal maatregelen nemen om het aantal spuitplekken te minimaliseren. Deze zullen we in het kort bespreken:

Maatregelen om spuitplekken te voorkomen: 

1.  Bewaar injectiemiddelen volgens het advies van de fabrikant.
-Veel medicijnen dienen gekoeld bewaard te worden om hun werkzaamheid te garanderen. Dit geldt voor sommige antibiotica, maar zeker voor vaccins. Deze moeten altijd gekoeld worden bewaard.
-Alle diergeneesmiddelen zijn gevoelig voor zonlicht, waardoor de werkzaamheid afneemt. Dit is de reden waarom veel medicijnflesjes donker gekleurd zijn. Bewaar medicijnen daarom bij voorkeur in een ruimte waar geen zonlicht komt, zoals een afsluitbare kast. Plaats medicijnen dus nooit in direct zonlicht!   
– Na openen en/of aanprikken van medicijnen is de houdbaarheid beperkt . Het is dan ook van belang om de aanprikdatum op flesjes te noteren.  
LET OP: Tijdens Vitaal Kalf controle zal hier ook op gecontroleerd worden. 

2.  Laat middelen op kamertemperatuur komen voor injectie. Op deze manier voorkom je ‘koude shock’ van de spieren.  

3.  Beperk stress in de stal tijdens injecties.
Kalveren die rustig zijn kunnen makkelijker geïnjecteerd worden. Je kunt de injectie beter plaatsen en doordat de kalveren minder bewegen beperk je de beschadiging van spierweefsel door de naald. Dus fixeer het kalf goed

4. Gebruik schone/correcte materialen. 

Gebruik altijd dunne en scherpe naalden. Dikke, stompe en/of beschadigde naalden vergroten het weefseltrauma ter hoogte van de injectie.

foto 3

Bij het gebruik van vieze injectienaalden breng je hoogstwaarschijnlijk bacteriën in de spieren en veroorzaak je dus een infectie.  Zorg ook voor schone spuiten: gebruik bij voorkeur een schone of nieuwe spuit voor iedere nieuwe behandelronde.  

5. Beperk het volume per injectielocatie. Injecteer bij grotere volumes op meerdere plekken. 

6. Gebruik de juiste injectiemethode. Sommige middelen moeten onder de huid worden gegeven (subcutaan of SC) en andere in de spier (intramusculair of IM). 

De absorptie bij een subcutane injectie is trager dan bij een intramusculaire injectie. Dit komt doordat het gebied onder de huid minder goed doorbloed is dan bij de spieren. De kans op zwelling is bij SC-injectie groter dan bij IM-injectie. 

N.B: In het bloed injecteren is voorbehouden aan dierenartsen. 

7. Houd je aan de voorgeschreven dosering 
Dit betekent niet meer maar ook niet minder. Raadpleeg bij twijfel de bijsluiter of het bedrijfsbehandelplan. 

Aanmelden voor de nieuwsbrief?