F2447789-3359-49C8-BA40-E2C2EB8B5592

Nieuwsbrief september 2008: Tuberculose

Geschiedenis:

Rundertbc is in Nederland sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw met succes bestreden. 25% van alle runderen op veebedrijven werden getuberculineerd en dieren met een ongunstige uitslag werden geruimd. Daarnaast vond tuberculinatie plaats bij alle import en export van levende dieren. Op basis van Europese regelgeving  en het geringe aantal uitbraken kon het aantal tuberculinaties in de loop der jaren worden teruggebracht en werd het uiteindelijk in 1992 als monitoringsinstrument afgeschaft. Op grond hiervoor kon Nederland zich beschouwen als tuberculose-vrij. De status van tuberculose-vrij is in 1994 officieel aangevraagd en toegekend. Voor het behoud van deze status mogen er per jaar niet meer dan 0,0005% uitbraken zijn. Zowel de uitbraken van 1999, 2000 en de recente besmettingen komen nog lang niet aan deze norm.
Verder houdt de vrije status wel in dat we bij import en export van runderen binnen de EU geen standaard tuberculinaties worden uitgevoerd (vertrouwen tussen de lidstaten). Import en export van kalveren uit niet-lidstaten kunnen wel getuberculineerd worden onder het toezicht van de VWA.
Door de Gezondheidsdienst voor Dieren zijn in de winter van 95-96; 96-97 en 97-98 op duizend “hoog risico” bedrijven alle dieren getest. Verder wordt er sinds 1992 wel constant door de VWA controle op tuberculose aan de slachtlijn uitgevoerd.Het is een zoönose (van runderen op mensen overdraagbaar) wat inhoudt dat een goede monitoring belangrijk is.
Binnen de EU zijn echter wel een aantal landen die moeite hebben om tuberculose in de hand te houden. Hier valt naast het Verenigd Koninkrijk ook Ierland, Hongarije en Roemenië onder (www.gezondheidszorg.be), doordat de tuberculose bacterie  in de dassen en hertenpopulaties aldaar kan overleven. In het verenigd Koninkrijk zijn vorig jaar 2200 besmette haarden geweest en zijn 22000 runderen overgenomen.

Stand van zaken:

  • Eind juni signalering door het RIVM van zendingen kalveren uit Groot-Brittanië die afkomstig waren van een met tuberculose besmet bedrijf.
  • 6 bedrijven rechtstreeks kalveren van besmette bedrijven en 21 bedrijven die door diercontacten besmet konden raken
  • 22-7-08: 32 kalveren van 6 bedrijven positief bij tuberculinatie en na sectie bleken deze kalveren tuberculose laesies in de longen te hebben. De kalveren waren besmet met Mycobacterium bovis oftewel rundertuberculose
  • 22-7-08: 20 van de 21 contactbedrijven is vrij 1 is nog steeds op slot. 60 kalveren van de contactbedrijven zijn door de VWA overgenomen vanwege een dubieuse of positieve reactie op de tuberculinatie.
  • 23-7-08: SKV kondigt een vrijwillige importstop van kalveren uit het Verenigd Koninkrijk af.
  • 30-7-08: Alle 17 personen, die in contact zijn geweest met de verdachte kalveren zijn negatief bevonden en alle contactbedrijven zijn eveneens negatief bevonden. De kalveren van de contactbedrijven worden nog wel zeer nauwkeurig onderzocht aan de slachtlijn
  • Op dit moment worden nog  nieuwe contactbedrijven onderzocht
  • 26-8-08:Vanwege runder-TBC heeft de overheid 121 dieren laten ruimen.
    Deze waren afkomstig van de zes bedrijven waar ook de besmette runderen vandaan kwamen en vier contactbedrijven. Dat schrijft landbouwminister Gerda Verburg aan de Tweede Kamer. De afgelopen maanden ontdekte de VWA besmettingen met runder-TBC bij twaalf uit Groot-Brittannië afkomstige kalveren (bron AGD)

Ziekte Rundertuberculose:

ziekteverwekker

Tuberculose wordt veroorzaakt door een infectie met Mycobacterium bacteriën. Er zijn vele soorten Mycobacterium bacteriën, die verschillende soorten dieren en/of mensen kunnen besmetten. Hier vallen de bacteriën van het M. tuberculosis-complex onder. Tot deze groep behoren onder andere M. tuberculosis, die tuberculose bij de mens veroorzaakt, maar ook Mycobacterium bovis, die tuberculose bij het rund veroorzaakt.
Andere mycobacteria zijn M. avium en M. leprae.

Wijze van overdracht

Het rund kan de bacterie M. bovis via de luchtwegen of via de bek opnemen. De bacterie belandt dan in een lymfeklier. Van hieruit kunnen dan, na het ontstaan van een typisch ontstekingsproces (tuberkel), uitzaaiingen plaatsvinden naar een of meer organen. De meest voorkomende verschijningsvorm is longtuberculose, andere vormen zijn pareltuberculose (aantasting borstvlies en/of buikvlies), uiertuberculose en niertuberculose.
In de eerste fase van de infectie blijft de bacterie binnen het rund (‘gesloten tbc’). In de tweede fase breekt de tuberkel(ontsteking) open en wordt de bacterie verspreidt via hoesten, via urine of melk (‘open tbc’).
Daarnaast is aangetoond dat dassen in het Verenigd Koninkrijk een aanzienlijke bijdrage leveren aan de verspreiding van rundertuberculose tussen rundveebedrijven.

Ziekteverschijnselen bij kalveren

Lichte infecties kunnen zeer lang geen verschijnselen geven. Bij een zware infectie is pas na enkele maanden een duidelijke vergroting van de keel lymfeklieren zichtbaar, waardoor een kalf kan gaan snurken
Bij longtuberculose kunnen de kalveren hoesten. Deze hoest wordt vaak niet als bijzonder aangemerkt
Verder kan een enkel kalf oplopen, doordat aangetaste lymfeklieren de slokdarm dichtdrukken. Door het dichtdrukken van de slokdarm kan er geen gas uit de pens worden afgevoerd.
Algemene verschijnselen bij zowel lichte als zware infecties zijn een verminderde groei en vermagering.
Over het algemeen worden geen verschijnselen waargenomen.

Ziekteverschijnselen bij mensen

De tijd die verloopt tussen infectie en het vertonen van de eerste ziekteverschijnselen varieert van 8 weken tot levenslang. Ongeveer 10% van het totaal aantal besmette mensen wordt ziek, en dan voornamelijk in de eerste 2 jaar na besmetting (80 %). Vaak leidt de tuberculose tot vage verschijnselen zoals moeheid,lusteloosheid, vermagering, lichte temperatuursverhoging en nachtzweten. Verder zijn de symptomen afhankelijk van de locatie van het proces.
De longvorm geeft een aanhoudende hoest, waarbij slijm en bloed opgehoest worden. Dit is de meest voorkomende vorm. Verder is er een darmvorm met aanhoudende diarree en buikkrampen, tuberculose in de lymfeklieren (geeft een pijnloze klierzwelling in de hals), tuberculose in de wervels (rugpijn en/of een abces), niertuberculose (bloed bij de urine).

Diagnose

Klinisch: De diagnose kan niet gesteld wordt op hand van de verschijnselen.

Tuberculinatie: Bij een tuberculinatie wordt een dosis mycobacterium-antigeen (deeltjes van de bacterie) in de huidlaag gebracht. Indien een kalf al in aanraking is geweest met zo’n deeltje zal de afweer ertegen gaan werken en ontstaat er na 3 dagen een zwelling op de plek van injectie. Meestal wordt een vergelijkende tuberculinatie uitgevoerd (bij de enkelvoudige tuberculinatie wordt alleen gebruik gemaakt van de Bovine 5000). Hierbij worden twee injecties gegeven; een injectie met bovine 2000 (voor rundertuberculose) en een injectie met aviare 2000 (om onderscheid te maken met aviare tuberculose). Van deze stoffen wordt  0,1 ml toegediend. Om de zwelling vast te stellen moet voor de tuberculinatie de huiddikte gemeten worden. 72 uur (+/- 8 uur) wordt de huiddikte opnieuw gemeten om de reaktie op de tuberculinatie te meten.
Indien de Bovine 5000 meer dan 4 mm zwelling heeft dan is de reaktie positief, tussen 2-4 mm twijfelachtig en kleiner dan 2 mm is de reaktie negatief.
Verder is bij de vergelijkende tuberculinatie de reaktie negatief indien de bovine zwelling minder dan 2 mm is of als de bovine reaktie twijfelachtig of positief is (>2mm) en dit gelijk is aan of minder dan de aviare (=vogel) reaktie zonder de aanwezigheid van klinische verschijnselen.
De vergelijkende tuberculinatie is positief indien de bovine reaktie meer dan 4mm groter is dan de aviare en er klinische verschijnselen zijn. Deze dieren worden overgenomen voor nader onderzoek.
In de overige gevallen is de vergelijkende tuberculinatie twijfelachtig.
Dieren met een twijfelachtige reaktie worden minimaal na 42 dagen opnieuw getuberculineerd (of gelijk overgenomen) als de tweede test twijfelachtig of positief is worden ze overgenomen en wordt er sectie en evt baxteriologisch onderzoek verricht.
Ook bij de tuberculinatie is de test niet 100% betrouwbaar, maar geeft wel een zeer goede indicatie.

Sectie: geeft op zichzelf ook geen definitieve diagnose, maar wel diverse aanwijzingen

Bacteriologisch: Pas bij een positieve kweek van Mycobacterium bovis is de diagnose rundertuberculose absoluut zeker. De kweek duurt lang (maximaal 4 maanden) en is niet altijd succesvol. De aanvang van de bestrijding is daarom niet afhankelijk van deze uitslag.

Elisa: Op het cidc beschikbaar is nog experimenteel

PCR: zeer specifieke test die reageert op materiaal van de bacterie. Als de PCR van een longspoeling positief is betreft het een geval van open tbc.

Bestrijding

In Nederland vindt de bestrijding plaats door controle aan de slachtlijn en door signalering vanuit het buitenland. Echter de controle aan de slachtlijn is visueel en zeker niet 100% betrouwbaar.

Is een kalverbedrijf besmet dan:

  • direct tuberculineren en positieve dieren worden overgenomen
  • 60 dagen na de eerste keer opnieuw tuberculineren alle dieren, positieve dieren worden wederom overgenomen
  • 4 maanden na het verwijderen van de laatste positieve dieren wanneer alle tuberculinaties een negatief resultaat hebben wordt het bedrijf weer vrijgegeven

Indien een bedrijf als besmet wordt beschouwd wordt er bloedonderzoek gedaan middels ELISA en gamma-interferon test

Voor contactbedrijven van het besmette bedrijf gelden de onderstaande tuberculinatieschema’s:

Tracering-vleeskalverbedrijven- kalf nog aanwezig-all in-all out

een of tweemaal tuberculineren van alle kalveren

  • direct tuberculineren van alle kalveren in de desbetreffende gesloten afdeling.Indien het contactkalf nog geen 60 dagen op het bedrijf is, wordt enkel het contact kalf getuberculineerd. De rest van de kalveren wordt getuberculineerd zodra het contactkalf 60 dagen op het bedrijf is indien het contactkalf negatief heeft gereageerd.
  • Indien het contactkalf tijdens de eerste tuberculinatie nog geen 4 maanden op het contactbedrijf aanwezig is, wordt de tweede tuberculinatie uitgevoerd als het kalf 4 maanden op het bedrijf aanwezig is, wel moet er 60 dagen tussen de 2 tuberculinaties zitten

Als alle tuberculinaties negatief zijn wordt het becdrijf vrijgegeven

Tracering-vleeskalverbedrijven-kalf nog aanwezig-rondmesten

Zie tracering all in-all out

Tracering- kalf niet aanwezig 1 ronde terug, zowel all inn-all out als rondmesten

Eenmaal tuberculineren van alle kalveren die in de afdeling hebben gestaan waar het contactkalf gestaan heeft. Bij rondmesten worden alle kalveren getuberculineerd  die in de afdeling gestaan hebben en alle kalveren die nu in de afdeling staan.

Zijn alle tuberculinaties negatief dan wordt het bedrijf vrijgegeven.

Bij meer dan 1 ronde terug wordt er niet meer getuberculineerd op die voorwaarde dat het contactkalf geen contact meer heeft gehad met de kalveren die op het contactbedrijf aanwezig zijn.

Voor het gehele bestrijdingsprogramma en de aanvullende maatregelen kan men ook het Draaiboek tuberculose  voorjaar 2007 raadplegen.

Let wel op het draaiboek is gemaakt in 2007 hier kunnen aanpassingen in zijn gemaakt, welke hier niet besproken zijn.

Bronnen: knmvd;rivm;Gezondheidsdienst voor Dieren;VWA;diergezondheidszorg.be; agrarisch dagblad; wikipedia

Aan deze tekst kunnen geen rechten worden ontleend.

Aanmelden voor de nieuwsbrief?